Ons laatste Nieuws
Bekijk alle nieuwsberichten op farmaactueel.nl
14 jun
BPOA kiest nieuw bestuur en maakt beleid
Op 21 juni 2013 wordt er in de jaarvergadering van BPOA overgegaan tot het benoemen door de leden van een nieuw bestuur. Het beleid wat wij voorstaan baseren wij o.a. op het Visiedocument Pensioen van KNMP. Speerpunten van het beleid zijn “aanpak van de huidige impasse; herstel van vertrouwen” en “de weg naar een passende, toekomstbestendige, nieuwe pensioenregeling”.
Gezien het grote belang van een goede pensioenregeling en een degelijke uitvoering van deze regeling zijn wij graag bereid om ons beschikbaar te stellen om het bestuur van BPOA te vormen:
Paul van Bakel, Bas Steffens en Bastien Renirie.
Het beleid wat wij voorstaan baseren wij o.a. op het Visiedocument Pensioen van KNMP. Speerpunten van het beleid zijn “aanpak van de huidige impasse; herstel van vertrouwen” en “de weg naar een passende, toekomstbestendige, nieuwe pensioenregeling”.
Aanpak huidige impasse: herstel van vertrouwen
Om uit de ontstane impasse te raken moeten er stappen worden gezet die het vertrouwen in het BPOA- en het SPOA-bestuur herstellen. Essentieel daarbij is dat gewerkt wordt aan een goede professionele relatie tussen BPOA en SPOA. Wij onderkennen het belang hiervan en wij hebben hierbij twee doelstellingen:
- Zuiverheid en passende competenties in de besturen
- Goede vastlegging van de taken en verantwoordelijkheden
Ad 1. Zuiverheid en passende competenties in bestuur SPOA
Herstel van vertrouwen is mogelijk en daartoe zijn transparantie en deskundigheid essentieel. Zo onderkennen we de volgende punten:
- Teneinde de schijn van belangenverstrengeling te vermijden kunnen geen functies worden bekleed bij zowel BPOA/SPOA als bij Pensioenfonds medewerkers apothekers (PMA). Om die reden leggen Bas Steffens en Paul van Bakel , indien zij toetreden tot het bestuur van BPOA, hun bestuurlijke functies bij PMA neer.
Ook voor andere en toekomstige bestuursleden van BPOA/SPOA geldt dat zij geen bestuurlijke rol zullen vervullen bij een ander pensioen orgaan. Dit omdat de ambitie is om met andere pensioenfondsen of pensioenuitvoerders in gesprek te komen over eventuele samenwerking of zelfs fusie. Het past naar onze mening niet om dan aan twee kanten een bestuurlijke betrokkenheid te hebben. - Gepensioneerden zijn buitengewoon leden van BPOA. Wij hechten eraan dat zij als directe belanghebbenden in het pensioenfonds mee kunnen besluiten over de beleidskeuzes die binnen het bestuur van SPOA worden gemaakt. Wij willen daarom dat BPOA ook gepensioneerde deelnemers in het bestuur van SPOA benoemt.
- Het bestuur van SPOA moet herkenbaar zijn voor de beroepsgenoten, maar ook over voldoende deskundigheid en juiste competenties beschikken. Wij zijn voorstander van een bestuur waarin openbare apothekers zich op twee zetels laten vertegenwoordigen door deskundigen uit het pensioenveld en zullen daar bij benoemingen rekening mee houden. De beroepsgenoten die zitting nemen in het bestuur van SPOA zullen ervoor moeten zorgen dat zij qua deskundigheid op zo kort mogelijke termijn voldoen aan de maatstaven die de toezichthouder DNB hieraan stelt.
- Het bestuur van BPOA benoemt de leden van het bestuur en van het verantwoordingsorgaan van SPOA. De ledenvergadering machtigt het bestuur van BPOA hiertoe om een goede slagvaardigheid in het benoemingstraject voor de SPOA-organen te realiseren.
- Wij geven het bestuur van SPOA nadrukkelijk mee om over te gaan tot de samenstelling van een bestuurlijke beleggingscommissie die het bestuur van SPOA adviseert en ondersteunt bij de totstandkoming van het beleggingsbeleid. Deze beleggingscommissie is samengesteld uit bestuursleden en onafhankelijke externe deskundigen.
- Het heeft onze sterke voorkeur om het intern toezicht van het pensioenfonds niet in te richten door binnen het bestuur een toezichthoudend deel te creëren, maar dit in te richten door middel van een aparte Raad van Toezicht, bemenst door externe deskundigen.
- Wij willen dat het bestuur van SPOA wordt ondersteund door de inrichting van een klein onafhankelijk bestuursbureau dat ook het monitoren van de uitvoerende instanties op zich neemt. Het bestuur kan haar aandacht daardoor beter richten op de werkelijke bestuurlijke, beleidsmatige aangelegenheden en zich bij haar uitvoeringsverantwoordelijkheden laten ondersteunen door dit bureau. Deze ondersteuning zal ten koste gaan van de ondersteuning die nu vanuit de uitvoerder AZL wordt geboden en een minder onafhankelijk karakter kent.
Ad 2. Goede vastlegging van de taken en verantwoordelijkheden
Het is van belang dat zowel BPOA als SPOA heldere afspraken met elkaar maken van wat zij van elkaar verwachten. Deze afspraken worden vastgelegd in een document dat in de Wet Verplichte Beroepspensioenregeling wordt voorgeschreven, de uitvoeringsovereenkomst.
In de uitvoeringsovereenkomst tussen BPOA en SPOA wordt vastgelegd dat SPOA op zich neemt om de pensioenregeling die onder de beroepsgenoten is overeengekomen uit te voeren en vast teleggen in een pensioenreglement. Tevens worden hier zaken in opgenomen als Informatieverstrekking tussen beroepsgenoten en SPOA en de wijze waarop premiebetaling door de beroepsgenoten moet plaatsvinden.
Deze overeenkomst moet er ook voor zorgen dat BPOA de juiste invloed kan hebben op de uitvoering van de pensioenregeling door SPOA, ook waar het gaat om het verlenen van toeslagen op de verworven en uit te keren pensioenen. Wij vinden het daarom belangrijk dat de voorwaarden waaronder toeslagverlening plaatsvindt worden opgenomen in de uitvoeringsovereenkomst. Hierbij bepaalt BPOA welk toeslagbeleid er binnen de regeling van de beroepsgenoten van toepassing is. Onderdeel van dit beleid dat door BPOA wordt vastgesteld is dat BPOA aangeeft welke keuzes er worden gemaakt ingeval van een situatie van vermogensoverschot of –tekort ten aanzien van het verlenen van toeslagen. Uitgangspunt hierbij is dat de pensioenen van alle deelnemersgroepen van SPOA op evenwichtige wijze worden behandeld.
De afspraken moeten, vastgelegd in de uitvoeringsovereenkomst, ertoe leiden dat de zeggenschap vanuit BPOA op de uitvoering door SPOA wordt vergroot en daarmee de rust en zekerheid biedt die de basis is om het wederzijds vertrouwen te herstellen.
Beleggingsbeleid
De invulling van een hierbij passend beleggingsbeleid behoort tot de verantwoordelijkheden van het pensioenfonds. Het bestuur van SPOA zal zich hierin laten adviseren door de beleggingscommissie en legt over de gekozen uitgangspunten van haar beleggingsbeleid verantwoording af aan het verantwoordingsorgaan. Het beleggingsbeleid van SPOA wordt vastgelegd in de Actuariële en Bedrijfstechnische Nota (ABTN), die ter goedkeuring aan de DNB wordt voorgelegd.
Deze maatregelen moeten ertoe leiden dat er een goede governance binnen het beroepspensioenfonds ontstaat waar de beroepsgroep zich in herkent en vertrouwen in heeft.
De weg naar een passende, toekomstbestendige, nieuwe pensioenregeling
In Visiedocument pensioen van KNMP is een prima fundament neergelegd dat voor ons de basis vormt om mee verder te gaan en te komen tot een passende, toekomstbestendige, pensioenregeling voor de beroepsgenoten. Daarnaast heeft de “Werkgroep Evaluatie Pensioenregeling” al een eerste onderzoek gedaan en voorwerk verricht.
Wij zijn er voorstander van dat een werkgroep, opererend onder de verantwoordelijkheid van BPOA, nu een voorstel zal uitwerken voor een nieuwe pensioenregeling die met ingang van 1 januari 2015 van toepassing zal zijn. Een dergelijke werkgroep dient onder professionele en deskundige leiding te staan en te werken volgens een vooraf vastgesteld stappenplan. De werkgroep dient zo ingericht te zijn dat alle relevante betrokken (veld)-partijen hun inbreng kunnen hebben.
Als uitgangspunten wordt aan deze werkgroep meegegeven:
- Bewerkstelligen van meer harmonisatie ten opzichte van de regelingen die naast die van SPOA voor apothekerspersoneel van toepassing zijn. Met name hechten wij aan vergaande overeenstemming met de (toekomstige) regeling van PMA, mede gezien de voorkomende situatie van switchen van deelneming aan PMA naar SPOA en andersom.
- Toekomstbestendigheid van de nieuwe regeling met het oog op kostenbeheersing en aanpassing aan nieuwe inzichten op het gebied van levensverwachting. Nieuwe inzichten van levensverwachting mogen niet leiden tot verhoging van de pensioenkosten. De keuze voor een reëel dan wel nominaal pensioencontract zal hierbij worden meegenomen.
- De regeling is op basis van een uitkeringsovereenkomst (middelloonregeling) en kent een ambitieniveau van 60 a 70% van het gemiddelde inkomen gedurende de looptijd als deelnemer, dit inclusief AOW. Verder is de ambitie om te streven naar aanpassing van de verworven aanspraken en in uitkering zijnde pensioenen aan de hand van de consumenten prijsindex van CBS.
- Er zijn voldoende mogelijke aspecten van individualisering die in de regeling opgenomen kunnen worden.
- Toepassing van een premiestelling die recht doet aan de solidariteitsaspecten tussen diverse leeftijdsgroepen, teneinde beroepsgenoten niet door hogere pensioenlasten bij stijgende leeftijd lagere kansen op de arbeidsmarkt te geven.
- Uit oogpunt van kostenbeheersing zal de regeling een maximum pensioengevend salaris kennen. Met name voor de zelfstandige openbare apothekers maar ook voor apothekers in loondienst met een hoog salaris, zal daarnaast de mogelijkheid open staan om op basis van premieovereenkomst (beschikbaar premie systeem) binnen fiscale grenzen meer pensioen te sparen.
- Het pensioengevend loon baseren op looncomponenten uit de salarisadministratie om versimpeling van de uitvoering mogelijk te maken.
- Bij het verkennen van de contouren van de nieuwe regeling zal in contact worden getreden met de sociale partners die verantwoordelijk zijn voor de regeling van PMA. Met hen zullen de mogelijkheden van verdere samenwerking van PMA en SPOA worden onderzocht. Onderzoek bij andere bedrijfstakpensioenfondsen naar opname van zelfstandigen in een zelfde regeling als werknemers is hierbij een belangrijk onderdeel.
Wij staan ervoor om met een positieve blik de toekomst in kijkend te komen tot een goede pensioenregeling die voorziet in de pensioenbehoefte van de beroepsgenoten en ook bestendig is voor de ontwikkelingen waar wij in de toekomst mee te maken zullen krijgen.
Het bestuur dient te bestaan uit een afspiegeling van ALLE apothekers.
Verder dient er meer deskundigheid op het gebied van beleggen en risico's van beleggen in het bestuur te komen.
Bij twijfel met opties gaan werken.
Maximeren van de kosten die een uitvoerder in rekening mag brengen.
Transparantie van de kosten van de uitvoerders.
Visiedocument voor 1 jaar, 5jaar en 20 jaar.
Geen luxe diners en cadeau's voor bestuurders van de uitvoerders meer aannemen.
Alle bestuursleden van SPOA zijn volledig ongeschikt gebleken. Waar andere pensioenfondsen een weinig moesten korten zijn de jongeren van SPOA gigantisch gepakt: -21% totaal. Dat komt omdat in de jaren negentig en daarvoor veel te fors pensioenen zijn opgehoogd!
Er si dus maar één oplossing en die gaat ook het nieuwe bejaarde bestuur BPOA niet voorstellen: de ouderen inleveren voor de jongeren!
Die hele kudde heeft immers ook miljoenen verdiend met verkoop van hun apotheken. Laat nu de ware bestuurders maar eens opstaan!!
Tenslotte iets over de rol van de KNMP inzake het apothekerspensioen. Bij de totstandkoming van de Wet verplichte beroepspensioenregeling Wvb heeft de wetgever doelbewust de beroepsvereniging buitenspel willen zetten, omdat bij een verplichte regeling in beginsel ook niet-leden de kans moeten hebben invloed uit te oefenen.
Zij kunnen hun stem via de Beroepspensioenvereniging laten horen. Het zou onjuist zijn, indien de KNMP nu de rol van BPOA zou overnemen in het verdere overleg met en de onderhandelingen tussen branchepartijen, zoals reeds bij de totstandkoming van het Visiedocument is gebeurd. Die rol komt de BPOA toe.
Harry Stulemeijer, bestuurskandidaat BPOA.
Wanneer we als apothekers inzicht en ninvloed willen hebben dienen we naar deze vergadering te gaan.
De Heer van Bakel die van te voren eisen stelt wie in zijn bestuur mag en wie niet stelt zichzelf in een kwaad daglicht.
Met een dergelijke eis zeg je dat je niet wilt samenwerken mer andersdenkenden.
Verder is de Heer van Bakel een vast onderdeel van het old boy's netwerk. Hij is zeer close met het bestuur van het SPOA.
Ik denk dat dit niet goed is.
Conclusie: Ga naar de vergadering van 21 juni indien u uw pensioen lief is.
Uit de praktijk van andere pensioenfondsen, bijv. SPVG, Honeywell, Jan Houtman e.a. die het allen beter doen dan SPOA, blijkt, dat wanneer alles op die manier geregeld is en iedereen zijn rol oppakt die van hem/haar verwacht mag worden, er nauwelijks of geen behoefte bestaat om externe bestuursleden aan te stellen om de efficiency of de slagkracht te waarborgen.
Het karakter van een beroepspensioenfonds (en een beroepspensioenvereniging) is heel anders dan dat van een bedrijfstakpensioenfonds, waar sociale partners bij de beleidsontwikkeling betrokken zijn. Deze vorm komt alleen in beeld bij loondienstapothekers.
De werkgroep Visiedocument spreekt haar voorkeur uit voor de bezetting van bestuurszetels door “vertegenwoordigers van partijen”, waardoor de belangen en betrokkenheid het best zouden worden gewaarborgd. Dit wordt echter nergens aannemelijk gemaakt. De praktijk in de pensioenwereld wijst trouwens heel anders uit.
Deelnemers/leden die rechtstreeks betrokken zijn gaat het belang van een goed beheer van eigen pensioengelden veel meer ter harte dan een extra vertegenwoordigende bestuurslaag, die de werkgroep voorstelt.
Voorwaarde is wel, dat die deelnemers/leden ook in de gelegenheid gesteld worden om die rol goed te vervullen. Daarvoor zijn naast hun motivering een goede informatievoorziening door het fonds en een effectief en realistisch deskundigheidsplan onontbeerlijk.
Behalve dat deze bewering de werkelijke deskundigheid van de financiele experts, i.c. de verantwoordelijke auteurs van het Visiedocument, illustreert, laat het ook zien, hoe belangrijk de individuele participatie van alle deelnemers (governance) met het pensioenfonds SPOA is.
Uitsluiting van deelnemers aan die participatie is dus in strijd met de logica en dan ook niet verstandig. Het beperkt bovendien de democratische keuze van de leden om de beste kandidaat en het best mogelijke bestuur te kiezen.
Conclusie: Transparantie, communicatie en individuele participatie zijn pure noodzaak en er is geen tijd meer te verliezen.
Een pensioenstelsel kan alleen toekomstbestendig zijn, indien het op adequate wijze met de risico’s rekening houdt. Zeker met het risico van ineenstorting van het monetaire stelsel, die met zekerheid in de toekomst zal plaatsvinden. Dat leert de economische geschiedenis.
Alleen weet niemand precies wanneer. Een pensioenfonds moet echter op dit scenario zijn vóórbereid. Uit de beschikbare gegevens en het SPOA-beleid tot dusver is dat in elk geval niet te verwachten.
Echter een goed pensioenfonds pleegt daarover aan zijn deelnemers zekerheid te verschaffen. Daarentegen worden de deelnemers van SPOA, leden van BPOA over dit uiterst belangrijke punt in het ongewisse gelaten.
Dat heeft in die landen al geleid tot zeer ernstige werkloosheid, vooral onder de jongere generatie, die gebukt onder de huidige economische crisis en politiek, geen enkele kans heeft een normale toekomst op te bouwen. Geen werk, geen huis, geen gezin en geen pensioen, kortom geen toekomst.
Werkelijkheid: overheden zijn zelf in overwegende mate verantwoordelijk voor de kredietcrisis.
Het is dit mondiale proces, dat ons aller toekomst bedreigt.
Uitgangspunt Visiedocument: overheden hebben ineenstorting van het mondiale financiele stelsel voorkómen
In het voorwoord wordt ervan uitgegaan, dat met nationalisaties en garantstellingen een volledige ineenstorting van het mondiale financiele stelsel zouden hebben voorkómen. Dit uitgangspunt geeft echter blijk van een onjuiste interpretatie van de feiten.
In de eerste plaats moet worden vastgesteld, dat hoewel de schuldencrisis als hoofdoorzaak van de financiele crisis pleegt te worden aangemerkt, dit in feite een gevolg is van de kredietexpansie door de Amerikaanse federale regering en de centrale banken, waardoor kredieten uitsluitend met nieuwe en steeds grotere kredieten kunnen worden afgelost.
De conclusie, dat overheden met nationalisaties en garantstellingen een volledige ineenstorting van het mondiale financiele stelsel zouden hebben voorkómen, zoals het Visiedocument beweert, is dan ook niet gewettigd.
Integendeel, de ineenstorting van het financiele stelsel is niet voorkómen, maar uitgesteld.
Nu het BPOA-bestuur zijn kaarten op tafel heeft gelegd, is de strijd om de machtigingen losgebarsten. Het aantal te verdelen bestuurszetels is op dit moment drie. Dit kan door een aparte vergadering, die wellicht bijeengeroepen wordt door het nieuwe bestuur, worden uitgebreid tot vijf.
Transparantie en Verantwoording: pure noodzaak voor vertrouwen
De basis voor herstel van vertrouwen is transparantie en eenvoud in de structuur van de organisatie. De nieuwe bestuursleden van BPOA moeten direct aanspreekbaar zijn door de leden betreffende de rol en de taken die zij namens hen vervullen.
Hoe meer ingehuurde “deskundigheid” en “professionaliteit”, hoe ondoorzichtiger en duurder de organisatie wordt. Daar spinnen alleen de z.g. “professionals” en “bestuurders” garen bij.
Dat is niet de bedoeling van een beroepspensioenfonds, waar gestreefd moet worden naar de kortst mogelijke lijnen naar de verantwoordelijke beslissers (bij SPOA bijvoorbeeld).
Dat laatste is –en dat is een ervaringsregel- alleen te realiseren via directe democratie, dus niet met ingewikkelde branchevertegenwoordigers, die alleen aan de “alwetende” brancheorganisaties verantwoording afleggen, maar niet aan de deelnemers / leden.
Laat van je horen, stem kritisch, stem onafhankelijk!
Zonder het Comité Apothekerspensioen is je pensioen niet veilig.
Blijf op de hoogte
Wilt u altijd op de hoogte blijven van de laatste veranderingen en nieuws over Farma-actueel? Vraag de nieuwsbrief aan door uw e-mailadres hieronder in te vullen.